Time to say goodbye

‘Time to say goodbye’

Een afscheid na 27 jaar: ruimte maken voor rouw

Soms duurt het een leven lang voordat er ruimte komt voor rouw. Of beter gezegd: voor een gemis dat jarenlang stil onder de oppervlakte heeft geleefd. Onzichtbaar voor de buitenwereld, maar onmiskenbaar aanwezig.

Een tijdje geleden ontmoette ik een oudere vrouw die mij via via had gevonden. Haar verhaal raakte me diep.

27 jaar geleden verliet haar man het huis om nooit meer terug te komen. Hij stapte uit het leven, en liet haar achter met drie jonge kinderen. In de jaren die volgden was er simpelweg geen tijd om te rouwen. Er was altijd wel een kind dat iets nodig had. Altijd een reden om haar eigen verdriet opzij te zetten. En diep van binnen leefde de angst: dat als ze ruimte zou geven aan wat ze voelde, het haar zou overspoelen. Dat het nooit meer goed zou komen.

Maar nu, 27 jaar later, was er ineens wél ruimte. Ze was verhuisd naar een nieuwe plek — een huis waar hij nooit gewoond had. Een plek helemaal van haar. Een plek waar ze zichzelf kon zijn. En daar, in de rust van die nieuwe fase van haar leven, voelde ze dat er nog iets sluimerde. Iets wat niet af was.

Ze vroeg me: "Kan het nog? Is het na 27 jaar nog mogelijk om te rouwen?"

"Ja," zei ik. "Zeker kan dat. Wat goed dat je bent gekomen."

Samen gingen we een proces in, waarin we op zoek gingen naar een vorm. Naar een manier waarop alles wat in haar leefde eindelijk gezien en gevoeld kon worden. Al snel werd duidelijk: er mocht een ritueel ontstaan. Een eigen manier om afscheid te nemen — echt afscheid. Want 27 jaar geleden was er geen afscheid geweest. Geen laatste woorden. Geen ruimte voor haar verhaal. Zoveel ongezegd. Onuitgesproken.

We maakten samen een plan. Ze kreeg een ‘opdracht’ mee: om alles op te schrijven wat ze hem nog wilde zeggen. Alles wat nooit een plek had gekregen. En als het klaar was, zouden we samen haar afscheidsritueel vormgeven.

Een paar weken later kwam ze terug. Zichtbaar gespannen, maar vastberaden. Uit haar tas haalde ze zorgvuldig gekozen voorwerpen — dingen die voor haar betekenisvol waren. We bouwden samen een klein altaar. Zijn foto. Persoonlijke objecten. Kaarsen. Bloemen. Alles kreeg een plek. Toen het af was, keek ze tevreden. "Zo is het goed," zei ze. "Ik ben er klaar voor."

Ze opende een envelop, waar acht volgeschreven vellen papier in zaten. En toen begon ze te lezen.

De liefde die er ooit was geweest. De verwijdering. De eenzaamheid. Zijn onmacht. Haar onmacht. De worsteling. Het verdriet. De opluchting die ze voelde toen het gebeurde — de schaamte over die opluchting. De boosheid die nooit uitgesproken mocht worden. Want: over de doden niets dan goeds. Maar nu kwam het eruit. In duidelijke, eerlijke woorden. Woorden die jarenlang opgesloten hadden gezeten.

Ze kleurde eerst. Toen lachte ze. Met haar hand voor haar mond keek ze me aan: "Kan dit eigenlijk wel?" vroeg ze, een keurige vrouw die daar zat te vloeken alsof ze het nooit anders had gedaan. Ik knikte. "Dit is jouw moment. Alles mag er zijn."

Na de ‘lelijke woorden’ kwam de stilte. Een diepe zucht. En in die stilte keerde de zachtheid terug. De liefde. Ze keek naar zijn foto met ogen vol mildheid. Het was gezegd. Eindelijk.

Toen zette ik het muziekstuk op dat ze had uitgekozen. We luisterden samen. In stilte. Na afloop vertelde ze wat ze had gezien:
Hij was weggelopen. De straat uit, net als toen. Maar dit keer draaide hij zich om. Hij zwaaide. En zij zwaaide terug. Hij liep achteruit, zwaaiend. En zij… zij zwaaide hem uit. Nu voor altijd.

Soms duurt het jaren voordat het moment daar is. Rouw volgt geen vaste route en houdt zich niet aan tijd. Soms komt het pas als het leven vertraagt. Als er ruimte ontstaat. Of als je op een plek komt waar je eindelijk jezelf mag zijn.

En dan, heel voorzichtig, wordt zichtbaar wat al die tijd heeft liggen wachten. Wat gehoord wil worden. Gevoeld. Doorleefd.

En soms… komt er dan een afscheid. Niet van de liefde, maar van het zwijgen. Van dat wat ongezegd bleef. En in dat afscheid komt ruimte. Voor zachtheid. Voor lichtheid. Voor echte ontspanning. Voor leven.

Ik voel me dankbaar dat ik daar getuige van mocht zijn. Dat ik naast haar mocht staan, toen zij de moed vond om eindelijk te zeggen wat al die tijd in haar had geleefd. En om hem, na al die jaren, echt uit te zwaaien.

auteur blog Jill van de Akker

© 2025 Centrum Verborgen Verlies